Die hormonen zijn ervoor verantwoordelijk dat de puberteit op gang komt. Bij jongens is met name de aanmaak van testosteron verantwoordelijk voor alle veranderingen.

Testosteron is een chemische stof die door klieren in het bloed worden afgescheiden. Via het bloed komen de hormonen in het hele lichaam terecht, waar zij voor veranderingen zorgen.

Groeispurt
De werking van de hormonen zorgt ervoor dat je zoon in korte tijd opeens een heel ander lichaam krijgt. Zowel bij jongens als bij meiden komt een groeispurt voor, al is die bij jongens wat heftiger. Meiden zijn voor het begin van de puberteit gemiddeld 1 centimeter langer dan jongens, maar die achterstand lopen jongens snel in.

Rond hun 17e zijn jongens gemiddeld 13 centimeter langer. Meer over de groeispurt en de groeipijn die daar het gevolg van kan zijn lees je hier.

Baard in de keel
Ongeveer gelijktijdig met de groeispurt vinden er ook een aantal andere veranderingen plaats in het lichaam van je zoon. De stem wordt lager doordat het strottenhoofd groeit en de stembanden worden opgerekt.

Geslachtsrijp
Als je zoon de baard in de keel heeft, is meestal ook het eerste schaamhaar, okselhaar en beenhaar verschenen. De piemel van je zoon wordt langer, en later ook dikker. Tegen deze tijd is ook de balzak gegroeid en is je zoon 'geslachtsrijp'.

Je zoon begint met masturberen en de lichamelijke veranderingen leiden ook tot een grotere (soms zelfs obsessieve) belangstelling voor seksualiteit. Meer daarover lees je in het hoofdstuk Liefde & Seks.

In een wat later stadium van de puberteit begint ook de baardgroei en duiken de eerste borstharen op. Veel jongens voelen zich onhandig met betrekking tot scheren. Wat kan helpen is dat je, als vader, een keertje 'scheerles' geeft waarin je vertelt (of voordoet) hoe je je scheert. De kans is groot dat je zoon dat maar stom vindt, maar stiekem pikt hij er wel wat van op.

Geestelijke veranderingen
Naast lichamelijke veranderingen, zijn er ook veel geestelijke veranderingen waar je zoon mee te maken krijgt. De puberteit is bij uitstek het moment waarin zowel bij jongens als bij meiden de persoonlijkheid vorm krijgt.

Een duidelijk kenmerk van deze persoonlijkheidsvorming is onzekerheid. Die wordt nog eens gevoed door alle lichamelijke veranderingen. Veel pubers zijn in de puberteit onzeker over zichzelf en hun uiterlijk. Tegelijkertijd is de puberteit ook het moment waarop pubers groot en zelfstandig willen zijn. Dit wil nog weleens botsen met de ouders. Meer daarover lees je in het hoofdstuk Conflicten.