Er is terecht veel aandacht voor jongeren en drugs. Maar als je de berichten in de media moet geloven dan zijn de gevaren enorm en groeit het merendeel van alle jongeren op voor galg en rad. Zo erg is het gelukkig niet. De kans dat je kind een junkie wordt is heel klein. De cijfers bewijzen dat.

Ongeveer 3 procent van alle 15-jarigen heeft weleens drugs gebruikt. In de meeste gevallen gaat het daarbij om softdrugs. Bij de 18-jarigen is dat percentage opgelopen tot iets minder dan 40 procent. Ongeveer 6 procent van alle 18-jarigen gebruikt regelmatig softdrugs. 3 procent van de 18-jarigen gebruikt weleens harddrugs. Daarbij gaat het met name om cocaine.

Softdrugs zoals hasj zijn strikt genomen geen drugs. Je wordt er, anders dan bij sigaretten, niet lichamelijk afhankelijk van. Maar (regelmatig) blowen kan wel leiden tot psychische afhankelijkheid. Bij regelmatig gebruik ontstaan vaak bovendien problemen met concentratie en geheugen. Ook kan veel blowen leiden tot een angst- of paniekstoornis.

De meeste pubers gebruiken maar zelden drugs, en dan met name met blowen en soms met XTC. Ook wanneer je je als ouder niet echt zorgen maakt om je kind, is het wel goed om te praten over het drugsgebruik. Ook als je denkt dat jouw lieve puber met een boog om alle drugs heen loopt. Bijna elke puber komt ooit in aanraking met drugs en toegeven aan nieuwsgierigheid of niet. Door er vooraf met je kind over te praten bereid je je kind op dat moment voor.

Voorlichting
Ouders kunnen hun kinderen helpen verstandig om te gaan met drugs. Zo denken veel softdrugsgebruikers dat zij zich beter gaan voelen door te blowen. Maar dat is een misvatting. Door blowen versterk je je gemoedstoestand. Als je puber al wat depressief is, zal hij of zij door te blowen alleen maar depressiever worden.

Die voorlichting kan je kind helpen om de juiste keuze te maken. Veel ouders hebben de neiging om drugsgebruik helemaal te verbieden, maar dat is niet verstandig.

Verbieden werkt averechts
Verbieden werkt averechts. Je ziet dit heel duidelijk terug op internationaal niveau. In Nederland, waar softdrugs nog steeds gedoogd wordt en waar hasj overal makkelijk verkrijgbaar is, blowen veel minder mensen dan bijvoorbeeld in Frankrijk of de Verenigde Staten, waar softdrugsgebruik streng verboden is. Iets dat verboden is wordt aantrekkelijker.

Bovendien zorg je er door een verbod op blowen voor dat je kind het stiekem gaat doen, waardoor je helemaal geen zicht meer hebt op het softdrugsgebruik van je kind.

Probeer er dus zo ontspannen mogelijk mee om te gaan. De kans is groot dat de lol van het blowen er voor je kind dan ook al snel weer af is.

Wanneer moet je je wel zorgen maken?
Toch zijn er heel goed situaties denkbaar dat je je wel zorgen moet maken over het drugsgebruik van je kind. Als je kind gaat experimenteren met harddrugs zit hij of zij in de gevarenzone. Harddrugs heten zo omdat ze zeer verslavend zijn. Je kunt daar dus beter helemaal niet aan beginnen.

Ook wanneer de schoolprestaties opeens enorm omlaag gaan is waakzaamheid geboden. andere signalen zijn geldproblemen, extreme stemmingswisselingen of slaapproblemen.

Blijf in die gevallen in gesprek met je kind. Zoals gezegd: verbieden maakt het alleen maar aantrekkelijker. Zorg er dus voor dat je wel kunt blijven communiceren met je kind. Maak duidelijke afspraken wat je wel toestaat en wat niet. Via sancties en beloningen kun je die afspraken afdwingen.

Schakel hulp in
Mocht het ondanks afspraken niet lukken om het drugsgebruik van je kind binnen de perken te houden, aarzel dan niet en schakel meteen deskundige hulp in. De huisarts is in dat geval de eerste persoon die je kan verwijzen naar een instantie die je kind kan helpen. Breng ook de mentor van je kind en de leerlingenbegeleider op school op de hoogte. Samen kunnen jullie ervoor zorgen dat je kind weer midden op het rechte pad doorpubert.